woensdag 3 februari 2010

Rust

Zal ik een glas rode wijn nemen? Of een lekkere warme kop thee? De rode wijn kabbelt zachtjes heen en weer in de donkergroene fles die nog op tafel staat. Ik zit voor de derde achtereenvolgende avond op dezelfde plek aan tafel en smacht naar woorden.
Er kwamen er wel een paar. Ze verschenen stotterend op papier om vervolgens razendsnel achtervolgd te worden door de backspace toets op mijn toetsenbord. Ze verloren hun tekst.
Het scherm is wit. De cursor knippert. Ik loop naar de keuken en pak een wijnglas uit de kast. Ga weer zitten en schenk het glas halfvol. Het kaarsje dat voor me op tafel staat, bibbert op het glazen tafelblad. Ik sta weer op, pak de aansteker uit de kast en geef hem de gewenste warmte. Ga weer zitten, neem een slok van de wijn en leg mijn handen op het toetsenbord. Ik spreek met mezelf af dat ik gewoon door moet typen. Zonder te corrigeren. Ja, ja, geloof je het zelf? De cursor verplaatst zich langzaam naar rechts en laat wat woorden achter. Ik zie ze vaag omdat mijn nieuwe bril van mijn neus afzakt en mijn ogen erover heen in plaats van erdoor heen kijken. “Heb ik ‘m nou echt wel nodig?”, hoor ik mezelf afvragen terwijl ik mijn blik richt op de schilderijen die we net opgehangen hebben. Ik beweeg mijn hoofd van rechts naar links. Mijn benen maken aanstalten om op te staan. “Hee joh, had ik gezegd dat we gingen stoppen met schrijven? Zitten blijven! Ze hangen recht. Echt waar!”
“Pling”. Ah, een mailtje. Ik kijk in de balk onder in het scherm. Vier? Nu nog? Mijn rechterhand vlucht naar de muis die naast mijn toetsenbord staat. “Hier blijven jij! Je was bezig, weet je nog?!”
Waar gaat dit heen?
Wanneer komt de rust?
Waar is de ruimte in mijn hoofd?
Flits! Was dat....? Zag jij het ook?
Ik zag iets kleins, iets ieligs voorbij schieten.
Een klein....
Nee, dat kan niet.
Dat bestaat niet.
Ik lees mijn tek... Hee, daar zie ik ‘m weer! “Wacht! Wacht! Ik wil je iets vragen”.
Het mannetje op tafel stopt. Twee helblauwe ogen kijken me doordringend aan. Hij is heel klein en heel dun. Bijna onzichtbaar, maar als ik mijn ogen tot spleetjes knijp en tussen mijn oogharen doorkijk, zie ik hem iets beter. Zijn haar is pikzwart en lijkt aan zijn hoofd te plakken
“Wie ben jij?”, vraag ik.
Om zijn mond verschijnt een glimlach. Zijn kleding wappert zacht om hem heen. Alsof het waait. Een zacht briesje, maar ik voel niks. Hij kijkt me vriendelijk, maar zwijgend aan.
“Je lijkt de rust zelve wel!”, gniffel ik.
Hij knikt bevestigend en lacht breeduit naar me, nog steeds zonder geluid.
“Bén je dat ook?”, breng ik verbaasd uit.
“Ik zoek jou al zo lang”, vervolg ik, “maar je bent te snel, te klein voor me. Ik kan je niet vangen.”
Hij pakt mijn hand en trekt me zachtjes mee.
De kleuren om ons heen vervagen langzaam. Ik voel me licht worden, kleiner. Ik zweef. Door oneindige ruimten waar kleurige bloemen zachtjes heen en weer wapperen. Over groene weilanden waar wollige schaapjes bewegingloos grazen. Door duinen en langs zee waar het ritselen van het helmgras in mijn oren kietelt.
Ik zie woorden die vervormd worden tot beelden. Ik zie beelden die uiteenspatten in woorden. Hij vangt ze voorzichtig op. Streelt ze. Kneedt ze. Vouwt er een aantal keurig netjes op en geeft ze als één pakket aan mij. Gooit vervolgens handenvol letters die hij uit zijn broekzakken haalt, heel hoog de lucht in. Achter hem verschijnt een regenboog terwijl de letters als blaadjes omlaag dwarrelen. Een aantal blijft aan elkaar plakken. Anderen blijven eenzaam liggen, wachtend om opgeraapt te worden.

Ik kijk om me heen, op zoek naar een bezem en voel dat mijn gedachten gelezen worden.
“Er zijn hier geen voorwerpen”, spreekt het mannetje met zachte stem.
“Slechts kleuren, letters, woorden en beelden en je moet ze zelf vangen, bij elkaar schrapen en tot zinnen kneden, zodat ze als verhaal tot leven worden gebracht.
In alle .....” Hij maakt zijn zin niet af en lost als vanzelf op in de ruimte.
Ik laat me vallen in de stoel die achter me staat en laat de reis die ik net gemaakt heb op me inwerken. Als ik opkijk zie ik dat de letters en de woorden uit het pakket dat ik gekregen heb, vrolijk op mijn beeldscherm ronddansen.

Geen opmerkingen: